Wij gebruiken cookies om uw ervaring beter te maken. Om te voldoen aan de cookie wetgeving, vragen we uw toestemming om de cookies te plaatsen. Meer informatie. Met het bezoeken van deze website accepteert u onze disclaimer "https://www.venture-travels.com/disclaimer"
Het verhaal van de Molukken
Het verhaal van de Molukken
De Molukken is een prachtige eilandengroep in Melanesië, het oosten van Inodesië. De eilandengroep kent een lange historie waarbij de kolonisatie vanaf de 16e eeuw een belangrijke rol heeft gespeeld. De Nederlandse VOC bouwde in 1607 een groot fort op Ternate ter bescherming van de Nederlandse belangen. In de decennia daarna werd er veel gevochten op de Molukken. Gaandeweg wisten de Nederlanders de situatie naar hun hand te zetten en de Spanjaarden in het defensief te dringen. In 1662 ontruimden de Spanjaarden de Molukken, omdat zij hun troepen nodig achtten voor de verdediging van de Filipijnen. Vanaf 1679 stond het gebied onder Nederlands gezag. Vanaf 1950 worden de Molukken gekoloniseerd door de nieuwe republiek Indonesië.
Molukse wijken in Nederland
Molukse wijken (ook Molukkerswijk of Ambonwijk) zijn woonwijken die verspreid over Nederland door de Nederlandse overheid begin jaren zestig gebouwd zijn voor Molukse beroepsmilitairen en hun gezinnen. De militairen waren afkomstig uit Molukse divisies in het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL). Molukkers zijn de enige bevolkingsgroep in Nederland met eigen wijken. Oorspronkelijk zijn 71 wijken gebouwd, in 2017 hebben nog 45 gemeenten een aparte Molukse wijk
De historische achtergrond van de Molukken en het verhaal van de inwoners.
Demobilisatie
Nederland was van plan de Molukse KNIL soldaten en hun gezinnen onbeschermd op Java achter te laten. Had de delegatie Aponno, namens de Molukse KNIL soldaten, in 1951 de rechtszaak tegen de Nederlandse staat niet gewonnen, wat had er dan kunnen gebeuren met de 1e generatie Molukkers nadat Nederland zich had teruggetrokken uit Indonesië en die omringd waren door miljoenen vijanden.
Op dienstbevel en onder valse voorwendselen in Nederland aangekomen worden velen geconfronteerd met ontslag als militair. Van de ene op de andere dag geen status meer, ongewenst en allen stateloos.
Toen de eerste Molukse KNIL-soldaten in 1950 met hun families op dienstbevel van de Nederlandse staat met de boot naar Nederland werden vervoerd, werden ze gehuisvest in voormalige werk- en concentratiekampen. Deze 90 kampen staan later ook wel bekend als de Molukse woonoorden. Hier zouden de Molukkers maar voor zes maanden blijven, voordat ze terug konden keren naar hun eigen staat, de Republiek der Zuid-Molukken. Dit hield onder meer in dat de Molukkers niet mochten werken en integreren. De meeste kampen bestonden uit oude barakken en waren vaak te klein voor een Moluks gezin dat meestal uit zeven personen of meer bestond. Ook hadden de huizen geen douches en keukens. Er waren gedeelde douches in het kamp aanwezig en een centrale keuken waar men in de rij moest wachten op eten.
Tijdelijk verblijf wordt permanent
In de tijd daarna werd de Zuid-Molukse Republiek geannexeerd door de nieuwe Republiek Indonesië waardoor terugkeer naar de Molukken niet mogelijk meer was. De Nederlandse regering besloot in de jaren 60 dat de Molukse kampen gesloten moesten worden en de Molukkers daardoor gedwongen werden te integreren in de samenleving. Dit leidde tot veel verontwaardiging onder de bewoners. De Molukkers woonden al jaren in de kampen die ernstige gebreken vertoonden en helemaal niet bedoeld waren voor permanente huisvesting. Zij zaten nog steeds te wachten op terugkeer naar hun vaderland, en voelden er niks voor om deel uit te maken van de Nederlandse samenleving. Het verblijf in Nederland zou immers maar tijdelijk zijn, was hun voorgehouden. Bovendien waren bij een aantal transporten vele Molukse gezinnen gedwongen om een deel van hun kinderen achter te laten bij familieleden op de Molukken omdat er maximaal drie kinderen mee mochten op de boot.
Frustraties leiden tot verzet
De frustraties hoopten zich op. Na het onverwachte ontslag van de Molukse militairen bij aankomst in Nederland met hun gezinnen en de inlijving van hun vaderland door Indonesië, kwam dit besluit van permanente vestiging als een mokerslag aan. Omdat terugkeer naar de Molukken niet meer mogelijk was, was dit niet alleen een klap in hun gezicht voor hun streven naar een vrije republiek, maar betekende dit ook dat men hun achtergelaten kinderen op de Molukken, die ze inmiddels al jaren niet meer hebben gezien, nu wellicht nooit meer zouden zien. Deze ingrijpende gebeurtenis zorgde ervoor dat de emoties buitengewoon hoog opliepen.
Nadat besloten werd dat de kampen gesloten moesten worden, begon de Nederlandse staat met het opdoeken van de kampen. De Molukse gemeenschap voelde zich verraden door de Nederlandse staat en dit leidde bij de ontruiming van verschillende kampen tot ongeregeldheden waarbij tijdens felle confrontaties zelfs vuurgevechten ontstonden tussen kampbewoners en de politie. Het verzet werd zelfs zo heftig dat als gevolg hiervan het Nederlandse leger met de Koninklijke Marechaussee en de Koninklijke Landmacht werden ingezet om de zware ongeregeldheden de kop in te drukken. Eén voor één werden de kampen ontruimd.
Gewelddadigheden Vaassen
Een van de meeste gewelddadige ontruimingen vond plaats op 14 oktober 1976 te Vaassen, op het beruchte Molukse kamp Berkenoord. Om precies half zeven in de ochtend trokken een groot aantal marechaussees met pantservoertuigen samen met een peloton van de Rijkspolitie Vaassen binnen. In totaal deden 470 man marechaussees, politie en militaire orderbewakers mee. In de omgeving rondom het kamp sloot de PTT de telefoon af. Vanaf dat moment lag het leven in het Gelderse dorp stil, terwijl het Zuid-Molukse kamp in een grimmige vesting veranderde.
Afbreken barakken
Zodra de tegenstand afnam werd er onmiddellijk begonnen met het slopen van de barakken. Hierbij werden gepantserde bulldozers gebruikt die van een ijzeren kooi waren voorzien. Deze kooien zaten boven op de sloopwagens en de bulldozers werden weer door pantserwagens van de marechaussee gedekt.
“Belofte maakt schuld hout naar steen regeling voor KNIL gezinnen “
Uiteindelijk had de Nederlandse regering in overleg met de Molukkers besloten om door het hele land aparte wijken uit de grond te stampen waar de Molukkers samen bij elkaar konden wonen om hun identiteit en eigen manier van leven te behouden. De bedoeling was om deze wijken kleinschalig te bouwen met gemiddeld zo’n 50 woningen per wijk. Desondanks werden de meeste wijken veel groter en ontstonden er zelfs wijken waar wel duizend Molukkers in woonden. Ook zijn de meeste wijken niet in het midden van een stad gebouwd, maar vaak aan de rand van een stad of dorp. Het zou daarna nog ruim 40 jaar duren voordat het laatste woonoord gesloten werd.
Regelingen
Deze nieuwe Molukse wijken vielen eerst onder het rijk Dienst der Domeinen (tegenwoordig Domeinen Roerende Zaken), het verkoopkantoor van de roerende eigendommen van de Nederlandse staat, als onderdeel van het ministerie van Financiën. Dit hield in dat deze wijken geen doorsnee woonwijken waren maar een speciale status bezaten. Niet alleen de wijken, maar de hele Molukse gemeenschap had een speciale status in Nederland. Dat kon ook worden afgeleid uit de aparte regelingen die gepaard gingen met deze wijken. De Molukkers waren immers niet op vrijwillige basis naar Nederland gekomen en mede door Nederland hun land kwijt geraakt. Zo waren de huren gemiddeld lager dan andere wijken en gold er een voorrangsregeling voor Molukkers die zich wilden huisvesten in een van deze wijken, wat altijd via de Molukse wijkraad gaat. Ook kreeg elke Molukse wijk een eigen kerk, een stichting (buurthuis) en een wijkraad dat is afgeleid van de kampraden uit de Molukse kampen. Sommige Molukse wijken werden op dezelfde plek als hun gesloopte voormalig Molukse kamp gebouwd, zoals kamp Berkenoord in Vaassen. Het Molukse kamp in Vught is het enige kamp dat niet gesloopt is en waar de Molukse bewoners vandaag de dag nog steeds wonen.
Door de vele heftige confrontaties tussen bewoners en de politie ten tijde van de woonoorden, ontstond er ook een aparte regeling per gemeente tussen de Molukse wijken en de politie. Zo is er bepaald dat alvorens de politie de Molukse wijk betreedt, er eerst contact moet worden opgenomen met de Molukse wijkraad. Dit om onnodige escalatie te voorkomen.
Symbool voor de vrijheidsstrijd
Behalve de speciale status hebben de wijken ook een symbolische functie met betrekking tot de Molukse vrijheidsstrijd, de geschiedenis van de Molukkers in Nederland en bevestigen ze derhalve de aparte en uitzonderlijke politieke status van de Molukse gemeenschap in Nederland. In Nederland is men niet altijd overal op de hoogte van het bestaan van deze wijken met hun aparte regelingen en de speciale status van de Molukse gemeenschap in Nederland. In een aantal gevallen protesteerden bewoners als er een woning in de wijk werd toegewezen aan mensen van een andere afkomst, zoals in 2004 in Sittard en in 2014 in Hoogeveen. Volgens de Molukkers gaat het hierbij niet om discriminatie maar om de naleving van gemaakte afspraken en het behoud van hun cultuur en geschiedenis.
In 2019 is het 69 jaar sinds de aankomst van Molukkers naar Nederland.
De eerste generatie , die nauwelijks nog onder ons is, wacht nog steeds op eerherstel , wachtgeld, salaris en erkenning als Nederlands veteraan.
Zij zijn nooit naar huis gekeerd, sommigen hebben kinderen nooit meer terug gezien, en Nederland heeft ze letterlijk in de kou laten staan .
Teveel afspraken zijn al geschonden , de wijk is één van de beloften. Laten we met zijn allen zorgen dat dit wordt nagekomen en nageleefd.
De wijk is van de eerste generatie, voor de komende generaties.
Geschreven door de 3e generatie Molukkers in Nederland: Love4Buddha in samenwerking met Building The Baileo